Freeriden in Engelberg en cruisen Klewenalp
Dé skispots van Luzern
Rond Luzern is het uitstekend skiën, ontdekt Hans Avontuur. Met Engelberg als toonaangevende freeride-bestemming en de uitdagende Big Five, vijf eenvoudig bereikbare offpiste afdalingen die je gedaan moet hebben. Verderop, in het skigebied van Klewenalp, tref je een ongedwongen sfeer en zowel comfortabele, goed geprepareerde afdalingen als offpiste mogelijkheden.
Er is verse sneeuw gevallen. Een paar centimeter in het centrum van Luzern, een halve meter en meer in de bergen. Vanuit de stad zijn verschillende skigebieden eenvoudig met het openbaar vervoer te bereiken. Vandaag Engelberg met de trein, morgen Klewenalp met de boot.
Het bijna voorjaarsachtige weer van gisteren heeft plaatsgemaakt voor winter. Heerlijk. Bij aankomst in Engelberg is er goed nieuws en slechts nieuws. De bovenste liften zijn gesloten vanwege lawinegevaar en het zicht is nul. Maar… er is zeventig centimeter verse sneeuw gevallen en local en gids Dani kent de weg: ‘We gaan zeker een paar mooie afdalingen vinden. En druk zal het niet zijn.’
Bij elke bocht waaien de vlokken zo hoog op dat je telkens een paar seconden in je eigen wereld verdwijnt

Engelberg is een echte freeride-bestemming. Dat is door de jaren heen voorzichtig zo gegroeid. Vooral door de komst van Zweedse skiërs die films en foto’s maakten voor de freeride-scene. Die reputatie heeft zich verder ontwikkeld met onder meer de Big Five, vijf eenvoudig bereikbare offpiste afdalingen die je gedaan moet hebben.
Niet vandaag. De gondel naar de Klein Titlis op 3.020 meter hoogte is gesloten. Volgens Dani is dat echter geen probleem. Met zoveel verse sneeuw is het eigenlijk meteen naast de piste al een paradijs. Ons opwarmrondje zet direct de toon. Het gaat bijna heupdiep door de verse sneeuw. Bij elke bocht waaien de vlokken zo hoog op dat je telkens een paar seconden in je eigen wereld verdwijnt.
We gaan op zoek naar rotswanden en bomen. Daar is het zicht het best. Vanaf de top van de Stand-lift – deze gaat tot 2.428 meter en is wel open – traverseren we onder een reusachtig steile helling door. Dat heeft twee voordelen: we zien beter én er is geen lawinegevaar want grote sneeuwhellingen ontbreken. ‘Niet schrikken als er iets naar beneden komt,’ zegt Dani. ‘Dat zijn hooguit kleine pockets met sneeuw, niks om je zorgen over te maken.’
Ik voel me piepklein onder die massieve wanden van gesteente. Dani speurt ondertussen naar de beste lijn omlaag. Eentje met veel en goede sneeuw. Gevonden
Ik voel me piepklein onder die massieve wanden van gesteente. Dani speurt ondertussen naar de beste lijn omlaag. Eentje met veel en goede sneeuw. Gevonden. Omlaag. Zoeken naar het juiste ritme op deze helling. Een droomafdaling en helemaal voor ons alleen. Als het morgen mooi weer wordt, is een wand zoals deze binnen een half uur totaal verspoord. Nu kunnen we nog een keer.
Topdag. Ondanks het slechte zicht. Zoveel verse sneeuw maak je gewoon niet zo vaak mee. Een route via een gesloten deel van het skigebied – alleen geschikt voor freeriders met de juiste kennis en uitrusting – brengt ons tussen de bomen door. Het eindigt in de Stube van Bergrestaurant Untertrübsee voor een rösti en grote glazen fris.

De ramen zijn beslagen, de vloer is nat van de druppende kleding. Aan tafel zitten skiërs met gelukzalige gezichten. ‘Dat is waar het in de bergen om gaat,’ aldus Dani. ‘Vergeet die Big Five of die ene freeride-afdaling die je op je lijstje hebt, maar geniet van wat er mogelijk is. Kijk om je heen hoe iedereen het naar zijn zin heeft.’
En zo is het precies. Bovendien blijft er iets te wensen over. Zoals die ene afdaling voor als de lift naar de Klein Titlis wel opengaat. Dan leg je vanaf de top tot in het dal 2.000 hoogtemeters af, in één ruk, zonder andere liften te hoeven nemen. Ook voor op het lijstje: het panorama. ‘Boven ziet het er dan wild en rauw uit’, vertelt Dani. ‘In de lift denk je vaak dat je daar onmogelijk doorheen kunt skiën. Maar eenmaal in het terrein valt het mee. Dan verwelkomen de bergen je juist.’
‘Free my soul,’ klinkt het uit de luidsprekers. Dat is vandaag al gebeurd
We dalen af en nemen de lift voor een afsluitende afdaling. De nevel is nu zo dik dat we tussen de bomen blijven. Elke bocht die we kunnen draaien is meegenomen. Voldaan gaat het een laatste keer van de top van de Stand tot de bodem. Om de dag te bekronen bij de Ski Lodge, een fenomeen onder freeriders. Er zijn grote glazen bier, er speelt een band en ik bestel een vegan hamburger.
‘Free my soul,’ klinkt het uit de luidsprekers. Dat is vandaag al gebeurd. Straks neem ik de trein terug naar Luzern en morgen de boot naar Klewenalp. ‘O man, dat wordt mooi,’ zegt Dani. ‘De weersverwachting belooft laaghangende bewolking en boven zon!’ Maar eerst een avondje in de stad. De trein brengt me in drie kwartier terug.

Ontspannen op de Klewenalp
Een mooi gelijnd schip vaart een dag later vanuit het centrum van Luzern naar het liftstation van Klewenalp. Een minicruise van ruim een uur. De kapitein blaast voor vertrek de scheepshoorn en zodra we wegvaren grijpt de wind de rode Zwitserse vlag op de achtersteven. Langzaam verdwijnt de stad met zijn boulevard langs het water uit het zicht. Rechts glijden we langs de historische hotels zoals Montana, Palace en National, het hotel van Zwitserlands beroemdste hotelier uit de historie: César Ritz, zoon van een arme boer uit het Gomsdal.
De overtocht voert de spanning lekker op. Er zijn twee andere skiërs aan boord en onderweg monstert in Vitznau een snowboarder aan. Eenmaal aan de steiger van Beckenried wijzen bordjes de weg naar het dalstation van de lift naar Klewenalp. Een paar minuten lopen met de ski’s op de schouders. En dan naar boven. Het is stil in de cabine zodra deze in de wolken komt. Blijven we in de mist of pieken we er dwars doorheen? Een glimpje blauw? Ja! Daar is het winterwonderland. Blauwe hemel, het landschap wit toegestopt, de bomen gehuld in dikke dotten sneeuw. Veel mooier wordt het niet.
Daar is het winterwonderland. Blauwe hemel, het landschap wit toegestopt, de bomen gehuld in dikke dotten sneeuw. Veel mooier wordt het niet

Het skigebied van Klewenalp heeft een fijne ongedwongen wintersfeer. Geen opgeklopte, snelle ski-industrie, maar eenvoudig en rustig. Het aantal kilometers piste – veertig in totaal – is ondergeschikt aan een groter doel: klein geluk. In de liften en op de terrassen ontmoeten de locals elkaar.
‘Hallo Annie.’
‘Hallo Fritz.’
‘Wie geht’s Simone?’
‘So ein Tag Joseph!’
Hoogte zoeken. Weg van de wolken die over de rand van de Klewenalp (1.593 m) dreigen te komen. Aan de verre horizon piekt de top van de Rigi dwars door de nevel. De zendmast en het hotel zijn goed te zien. Ook rechts zijn er toppen die door de bewolking prikken. Vanaf de top van de lift Chälen vertrekken een blauwe en een rode piste. Daarnaast ligt er veel terrein voor de freeriders die op een dag als deze helemaal losgaan.
Ik pak een paar offpiste wanden mee, traverseer er vanaf de geprepareerde piste schuin in en laat me gaan in de kniediepe, verse sneeuw die bij elke bocht hoog opstuift

Skiën op de tast
Ik pak eerst een paar comfortabele, goed geprepareerde afdalingen om op te warmen. De ski’s ontspannen op de kanten. Bochtje links, bochtje rechts, bochtje links, bochtje rechts. De snelheid langzaam opvoeren. Op de flanken van de Schinberg (2.144 m) en het Sätteli (1.757 m) staan de sporen van vroege skiërs en snowboarders, lijnen van pure sneeuwpret.
Met de zon vol in het skigebied is er maximaal zicht. Ik pak een paar offpiste wanden mee, traverseer er vanaf de geprepareerde piste schuin in en laat me gaan in de kniediepe, verse sneeuw die bij elke bocht hoog opstuift. Hoe zou het vandaag zijn in Engelberg? Misschien is het een topdag, misschien zijn de mooiste afdalingen gesloten vanwege lawinegevaar, het terrein is er aanzienlijk steiler en dus gevoeliger voor lawines dan hier.
Je skiet er bijna gewichtloos over de blauwe pistes
Na een paar uur neem ik de route naar Twäregg (1.498 m), het deel van het skigebied waar ik niet eerder ben geweest. Het is normaal gesproken een sprookjeswereld tussen de bomen met twee sleepliften en enkel blauwe afdalingen. Dikke pech. Nul zicht. Logisch dat er niemand anders is. Skiën op de tast. Toch neem ik er een extra afdaling. Je skiet er bijna gewichtloos over de blauwe pistes, terwijl je wordt omringd door een bos van volledig in wit verpakte bomen, sculpturen van de natuur. Alleen oppassen dat ik het dalstation van de sleeplift niet mis.
Terug naar de zon. Naar de Ergglen (1.705 m), een afgeronde alp met uitzicht op de bergen die er tot ruim boven de 2.000 meter hoogte gaan. Banken, tafels en ligstoelen staan verspreid voor een klein barretje dat goede zaken doet. De temperatuur is mild, het panorama weids. Hoewel sluitingstijd nadert, lijken weinig mensen haast te maken om te gaan skiën.
Ik wil een laatste keer terug naar de Chälen met zijn heerlijke brede rode en blauwe afdaling. Met de zon laag op de sneeuw maak ik lange strakke bochten op een piste die niet meer zo glad is als vanochtend. De opgehoopte sneeuw is echter zo zacht en licht dat ik er met mijn all-mountain ski’s dwars doorheen ploeg. De beloning bevindt zich echter verderop. De nevel boven de Vierwaldstättersee is nagenoeg verdwenen. De laatste afdalingen voelen nu als skiën boven water.
Straks met een minicruise terug naar Luzern. Met een beetje geluk, vergezeld door de ondergaande zon.
12 Skigebieden binnen handbereik
Net als de inwoners van Luzern een dagje skiën? Keuze genoeg. Van het sympathieke Stoos of Klewenalp tot oneindig veel terrein in Engelberg en Andermatt. Met de trein of boot ben je er zo. Zo profiteer je optimaal van het beste van twee werelden: stad en natuur.