Oase van marmer en goud
Turkmenistan
In Turkmenistan, een van de minst bezochte landen ter wereld, verrijzen onberispelijke monumenten van marmer en goud uit het woestijnzand. De eindeloze leegte van de Karakumwoestijn herbergt meer verrassingen. Reis mee over de Zijderoute langs polychrome ravijnen, vuurkraters en betoverende lichtshows.
Enorme palmbomen en marmeren zuilen reiken omhoog naar het gouden plafond hoog boven ons. Een plafond dat een gracieuze bolling volgt, helemaal tot aan het einde van de aankomsthal. Van buitenaf bezien oogt het terminalgebouw van de Turkmeense hoofdstad Ashgabat als een stralend witte valk – met een spanwijdte van 364 meter ’s werelds grootste gebouw in de vorm van een vogel, volgens het Guinness Book of Records. ’s Nachts knippert de verlichting van het gebouw zo, dat het lijkt alsof de vogel zijn reusachtige marmeren vleugels uitslaat.
“Zijn jullie toeristen?” vraagt de vrouw, die zich voorstelt als Merjen. “Ik heb nog nooit toeristen gezien in mijn land”

Een vrouw in een prachtige traditionele donkerrode jurk komt nieuwsgierig naar ons toe terwijl we wachten op onze bagage. “Zijn jullie toeristen?” vraagt de vrouw, die zich voorstelt als Merjen. “Ik heb nog nooit toeristen gezien in mijn land!” Dat kan kloppen: Turkmenistan – ingeklemd tussen de Kaspische Zee in het westen, Oezbekistan in het noorden en Afghanistan en Iran in het zuiden – ontvangt jaarlijks minder dan 10.000 toeristen. Met een rijke geschiedenis, drie UNESCO Werelderfgoedlocaties en de zinderende aantrekkingskracht van de Karakumwoestijn is het niet verwonderlijk dat het land de laatste jaren steeds meer investeert in toerisme. Religieus extremisme zoals in buurlanden Afghanistan en Iran kennen ze hier niet. Buiten het terminalgebouw valt meteen op hoe smetteloos Ashgabat erbij ligt. Niemand rookt, nergens zie je reclameborden en er rijdt geen auto rond die aan een wasbeurt toe is. Zelf val ik ook nog steeds op: twee meisjes vragen giechelend of ze mogen voelen of mijn lange haar echt is.

ASH VEGAS
Het leven in een land dat voor tachtig procent uit woestijn bestaat is zwaar. “De Karakumwoestijn heet bij ons ook wel de Ondoordringbare Woestijn,” vertelt onze gids Maksat. “Slechts een op de twintig bronnen bevat drinkbaar water. Vijandige stammen uit het noorden durfden de Karakum niet te doorkruisen. Bij aanvallen uit het zuiden probeerden de Turkmenen hun belagers mee te lokken, de woestijn in. De Karakum was voor ons een veilige haven, waar vijanden niet levend uitkwamen. Een druppel water is in zo’n omgeving evenveel waard als een goudkorrel; een zoete watermeloen is onbetaalbaar.”
Geen wonder dat Turkmenistan elk jaar Meloenendag viert; dat de bushokjes in Ashgabat airconditioning hebben. De behoefte aan verkoeling is begrijpelijk, in een stad waar temperaturen boven de 50°C geen uitzondering zijn. “In Turkmenistan is het negen maanden per jaar warm. De overige drie maanden is het hier verschrikkelijk heet,” merkt Maksat op, met humor die net zo droog is als het landschap.
De Karakum was voor ons een veilige haven, waar vijanden niet levend uitkwamen. Een druppel water is in zo’n omgeving evenveel waard als een goudkorrel
De Neutraliteitsboog, het Onafhankelijkheidsmonument, ons indrukwekkende hotel – alles in Ashgabat is van marmer en goud. Over vierbaanswegen met zijdezacht asfalt rijden we naar het grootste overdekte reuzenrad ter wereld. Vanuit de hoogte zien we hoe fonteinen, gouden beelden en zelfs een heel bos als een fata morgana uit het droge woestijnzand verrijzen.
Is overdag hier rondrijden al een surreële ervaring, ’s nachts wordt het nog spectaculairder. Vanaf een uitzichtpunt hoog boven de stad zien we hoe Ashgabat verandert in Ash Vegas. Het witte marmer – met een totale oppervlakte van 4,5 miljoen vierkante meter – wordt als maagdelijk canvas bestreken door knipperende en dansende verlichting in elke denkbare kleur. We genieten van een eindeloze lichtshow, tot onze ogen niet meer kunnen. Dan trekken we ons terug in hotel Bagt Köşgi met zijn glinsterende glazen bol, gevangen in een marmeren, achtpuntige ster. De droge woestijnwind blaast waterdruppels uit de vele fonteinen in mijn gezicht en bewijst dat ik niet droom.

Ook als je geen nieuwe geit of kameel nodig hebt is een bezoek aan de Altyn Asyr bazaar de moeite waard
TAPIJT VOL PLOV
In een meditatief tempo boemelt onze trein de hele nacht lang door de eindeloze leegte. ‘s Ochtends worden we wakker in havenstad Turkmenbashi. Hier vlakbij ligt Avaza, een popair resort aan de Kaspische Zee, maar wij gaan verder het binnenland in. Een eenzame weg leidt de steenwoestijn in naar de Yangykala-kloof. In de stoffige berm strekken gele grondeekhoorns zich uit. In een gebied waar zelfs kamelen alleen komen wanneer ze verdwaald zijn, waarschuwen verkeersborden voor zandstormen.
Ooit lag hier de onmetelijke Tethysoceaan, tot veertig miljoen jaar geleden de aardplaat met daarop het Arabisch Schiereiland tegen Eurazië botste. Van de ingesloten Tethysoceaan bleven alleen de Zwarte Zee, de Kaspische Zee en het Aralmeer bewaard. De achtergebleven rotsformaties en bergkammen van de omhooggekomen oceaanbodem ogen buitenaards, als een grillig en polychroom Marslandschap met witte, oranje, roze en rode strepen.
De terugweg naar Turkmenbashi voert langs Gözli Ata, een van de meest afgelegen pelgrimsoorden van het land. Twee sobere groene koepeltjes markeren een bakstenen tombe, met daarnaast lage muurtjes die de graven tegen opwaaiend woestijnzand beschermen. In de graven zijn houten planken geplaatst waaraan een bonte verzameling gebedsdoeken is geknoopt. Hellingen met roze en witte banden omsluiten de heilige plaats, waar pelgrims ons uitnodigen voor de maaltijd. Het tapijt in de gastenruimte wordt volgezet met plov van verse Kaspische vis en platte chorek broden.
Ervaar de Turkmeense gastvrijheid
DE SCHATTEN VAN TURKMENISTAN
Het gouden zand van de Karakumwoestijn, het smaragdgroene water van de Kaspische Zee, de marslandschappen van onherbergzame canyons, ruïnes uit lang vervlogen dagen, futuristische nieuwbouw en oprechte gastvrijheid. Turkmenistan is een schatkist die tot de rand gevuld is. Al meer dan 20 jaar ontwikkelt Ayan Travel avonturen naar de de meest spectaculaire delen van het land. Turkmenistan staat klaar om zijn schatten met je te delen – net als het team van Ayan Travel!
BUCKETLISTMATERIAAL VOOR DE ECHTE AVONTURIER
Met spectaculaire UNESCO werelderfgoedsites, majestueuze monumenten en een aantal bizarre bezienswaardigheden zoals de gaskrater van Derweze mag Turkmenistan op de bucketlist van geen enkele avonturier ontbreken. DN Tours organiseert individuele reizen, groepsreizen en tours voor zakenreizigers die kennis willen maken met het historisch erfgoed en de fascinerende tradities van een land dat voor 80% door woestijn wordt bedekt en waar de reiziger een warm welkom wacht. Reizen naar Turkmenistan is een onvergetelijke ervaring!
POORT NAAR DE HEL
Opnieuw omsluit het woestijnzand ons aan alle zijden. Urenlang rijden we dwars door de Karakum naar de krater van Derweze. In 1971 stuitten Sovjetgeologen op zoek naar olie, hier op een enorme grot gevuld met aardgas. Aan aardgas en aardolie geen gebrek: er zijn maar weinig landen met grotere gasvoorraden en Turkmenistan staat hoog in de ranglijstjes van snelst groeiende economieën wereldwijd.
Woest oplaaiende vlammen en een geraas als van duizend gelijktijdig brandende gaspitten hypnotiseren ons
De boorinstallatie van de Sovjets stortte in en om te voorkomen dat er giftige onderaardse gassen zouden ontsnappen, staken ingenieurs het gas aan in de hoop dat het binnen een paar dagen zou opbranden. Niet dus: bijna vijftig jaar later brandt het vuur nog altijd onverminderd. De hitte vlakbij de rand van de zeventig meter brede krater is waanzinnig. Woest oplaaiende vlammen en een geraas als van duizend gelijktijdig brandende gaspitten hypnotiseren ons. Zelfs zonder de penetrante zwavelgeur die uit de diepte opstijgt is er weinig fantasie nodig om in de nimmer aflatende vuurzee een poort naar de hel voor te stellen.
Gids Döwlet heeft ondertussen de yurt vlakbij de krater, onze slaapplek vannacht, in orde gemaakt. Gekko’s verschuilen zich tussen de tentflappen. Hopelijk houden zij de schorpioenen en rolspinnen vannacht op afstand. Het is tijd om onze warme telpek-mutsen, grote mutsen van schapenvacht, uit de yurt te halen. De kooltjes waarop Döwlet shashlik bereidt stralen onvoldoende warmte uit om de kou van de woestijnnacht op afstand te houden.
STAD VAN MODDER
Het is moeilijk voor te stellen dat in dit onherbergzame landschap van zandduinen en weerbarstige saksaulstruiken ooit een van de grootste steden ter wereld lag. Volgens Tertius Chandler, een historicus gespecialiseerd in populatieschattingen van oude steden, was Merv zelfs een tijdje de allergrootste stad op aarde. De stad telde een voor die tijd (12e en 13e eeuw na Chr.) nauwelijks te bevatten 200.000 tot 500.000 inwoners – er zijn zelfs schattingen die uitgaan van één miljoen.

Vandaag de dag is de oasestad volledig verlaten. Merv was een ‘zwervende stad’: nieuwe gebouwen verschenen niet zoals gebruikelijk bovenop oudere lagen, maar ernaast. Doordat waterstromen zich verplaatsten moest de stad meerdere malen in zijn geheel verhuisd worden, met vijf gescheiden maar aan elkaar grenzende steden tot gevolg. Alleen al de oudste drie daarvan beslaan een oppervlakte van ruim duizend hectare. Ons ritje van ongeveer tien kilometer dwars door het onvoorstelbaar grote Merv is daardoor een reis terug in de tijd, te beginnen bij de bijna dertig meter hoge muren van het Erk Kala, de stad die de Achaemeniden in de 3e eeuw voor onze jaartelling stichtten.
En zo bevinden we ons in een gebouw van marmer en goud, en voor de gelegenheid ook weer met de al net zo vertrouwde muziek van 2 Unlimited
Merv is UNESCO Werelderfgoed en de belangrijkste archeologische vindplaats van het land. Ooit konden karavanen de blauwe tegels van de koepel van het 36 meter hoge Sultan Sanjar mausoleum al op een dagreis afstand zien schitteren in de zon. Vandaag de dag is het gebouw geheel zandkleurig. De geglazuurde tegels die in de Zijderoutesteden in Oezbekistan alomtegenwoordig zijn, zijn in Turkmenistan zeldzaam – al zijn archeologen druk bezig her en der gebouwen te restaureren. Een goede zaak, want de moddermuren van veel forten, mausolea en ijshuizen zijn door de eeuwen heen ten prooi gevallen aan weer en wind.
Voor de gewelfde toegangspoort van het Sultan Sanjar-mausoleum poseren vrouwen in traditionele jurken, van smaragdgroen tot karmozijnrood, voor een familieportret. Net als op het vliegveld van Ashgabat zijn buitenlanders hier nog zeldzamer dan de verloren gegane glazuurtegeltjes en het duurt niet lang voor we worden uitgenodigd op een bruiloft in de nabijgelegen stad Mary. En zo bevinden we ons op onze laatste avond in Turkmenistan toch weer in een gebouw van marmer en goud, waar we op de voor de gelegenheid ook weer opgepoetste en al net zo vertrouwde muziek van 2 Unlimited dansen met de Turkmeense bruiloftsgasten.

Doen & Zien in Turkmenistan





