Ansichtkaarten uit Palestina
Verken de Westelijke Jordaanoever
Majestueuze zonsopgangen, diepe ravijnen en heerlijke falafel. Kloosters verankerd in de tijd, smeuïge cheesecake en bedoeïenenkampen. Levendige markten, duizenden olijfbomen en het beste bier van het Midden-Oosten. Palestina is een land van schatten en onverwachte verrassingen.
Reis met ons mee door dit gebied, dat nog steeds onder de radar van het massatoerisme valt. Dit zijn mijn ansichtkaarten uit Palestina. Uitingen van liefde voor het land.
DE DODE ZEE
Zal het de moeite waard zijn? Het is half vier in de ochtend als we in volledige duisternis aankomen in het bedoeïenenkamp van Arab ar Reshayda. Onze gids Isnaid woont in een hut met zijn vrouw, moeder, zus en drie kleine kinderen. De muren zijn gemaakt van steen en het dak van multiplex. Binnenin rust een koran op een plank naast een fles loog en een pop. Buiten staan een kameel, een hond en enkele geiten. We drinken samen thee onder een indrukwekkende sterrenhemel. De duisternis van de woestijn laat ons elk klein vlekje in de Melkweg onderscheiden en aan de horizon flikkeren de lichten van de steden Hebron en Jeruzalem en Jordanië in de verte.
Na een kronkelige rit over een hobbelweg, langs we een Israëlisch militair trainingskamp, bereiken bij zonsopgang de rand het uitzichtspunt over de Dode Zee. Het is een waar kunstwerk van zout en rotsen, geërodeerd door wind en water. “te voet doe je dit in twee-en-een-half uur, maar ‘s nachts is het koud en veel klanten geven het op voordat ze er zijn,” vertelt Isnaid ons.
De dag breekt aan en het komplete palet van roze, paarse en oranje tonen in de lucht geeft antwoord op mijn vraag: Ja! Dit was het waard.
SEBASTIA
“Ze nemen je mee naar plaatsen die niemand kent,” zegt Hafez Kayed, eigenaar van het Holy Land restaurant in het dorp Sebastia. Gelegen midden in de heuvels van Samaria, is Sebastia vooral bekend om zijn vele Romeinse ruïnes en de kerk gewijd aan Johannes de Doper. “99% van de toeristische programma’s komen hier niet. Ze zeggen dat het niet veilig is, maar de waarheid is dat dit veiliger is dan Tel Aviv.”
We overnachten in de Al Kayed Palace Hostel, een van de drie gastenverblijven in het centrum van Sebastia en worden wakker met heerlijke shakshouka als het ontbijt. De ontbijtruimte is behangen met posters van de VN vol waarschuwingen voor checkpoints op de Westelijke Jordaanoever: muren, slagbomen, hekken, controleposten, uitkijktorens, tunnels en loopgraven. “We zien toerisme niet alleen als een economische motor, maar het is ook een etalage voor de Palestijnen om hun identiteit en cultuur te laten zien,” zegt George Rishmawi, de toerisme promotor, die ons begeleidt. “Ik weet zeker dat in jouw land de nieuwsberichten laten zien dat de Westelijke Jordaanoever gevaarlijk is, maar dankzij deze reis zie je nu zelf, dat dit niet zo is.”
Arabische muziek zweeft door de vallei aan de rand van Sebastia. Ooievaars vliegen over ons heen terwijl we tussen de distels door naar de ruïnes van een kleine Byzantijnse kerk lopen. Behalve de minaretten en de tarwevelden doet het landschap van heuvels en olijfgaarden me denken aan Zuid-Spanje. Vanaf een heuveltop zie ik een ommuurde stad van aaneengeschakelde gebouwen en prikkeldraad, met verhogingen die op wachttorens lijken. “Een gevangenis?” vraag ik naïef. “Dat is een nederzetting van joodse kolonisten,” legt George uit. “Het zijn net gevangenissen, maar wij zijn de gevangenen daarbuiten.”
WADI AUJA
Vanavond zullen overnachten in Taybeh, dat beschouwd wordt als de laatste volledig christelijke stad op de Westelijke Jordaanoever, ook beroemd als naamgever van het beste bier in het Midden-Oosten. Voor ons vertrek bezoeken we de kerk van St. George, naast de verwoeste muren. De as van open vuren, altaartjes en bloedige handpalmen op de muur, zijn de stillen getuigen van gebrachte offers. We trekken door een landschap van glooiende heuvels, kolonisten en bedoeïenenkampen. Een hert dartelt door het bijbelse landschap onder een langzaam voorbijtrekkende wolkenlucht, terwijl een koel briesje door het gras fluistert. Rotsen en struiken markeren het stille pad. De schaduw van drie Ziziphus jujuba – de bomen waaruit de Joden de doornenkroon voor Jezus maakten op de dag van zijn kruisiging – geven ons na enkele kilometers een beschutte rustplaats. Hun vruchten, hoewel ze eetbaar zijn, kunnen me niet verleiden.
“In de winter leven sommige bedoeïenenfamilies in de grote grotten, terwijl de kleine hyena’s, vossen en wolven herbergen”
De wandeling is prachtig. Geleidelijk aan bereiken we Wadi Auja waar we tussen de lavendelstruiken onze voetsporen achterlaten in de dikke modder. “Het water loopt hier maar vier of vijf keer per jaar,” legt Nasser Kaabneh, onze lokale gids voor de dag, uit. Borden op de rotsen wijzen naar vluchtwegen in het geval van incidentele overstromingen, terwijl de wanden van de kloof hoger en dreigender worden. “In de winter leven sommige bedoeïenenfamilies in de grote grotten, terwijl de kleine hyena’s, vossen en wolven herbergen”, zegt Nasser, die ons ook vertelt dat het mogelijk is om wilde honing te vinden op de steile wanden. Die kan maar liefst 150 euro per kilo opbrengen! Na vijf uur intensief wandelen komen we aan bij het bedoeïenenkamp in Auja, aan de voet van een waterbron. Dat is logisch, want de bedoeïenen hebben geen toegang tot stromend water.
JERUSALEM
“We gaan je rondleiden door de realiteit van Jeruzalem,” vertelt George, terwijl we in oost Jeruzalem lopen, op slechts vijftig meter van de militaire zone die de stad in tweeën deelt. “Net als Berlijn niet zo lang geleden,” zegt hij met een lach. Jeruzalem is een stad met overlappende lagen van beschavingen en religies door de geschiedenis heen. Door beroemde Damascuspoort treed je binnen in de Arabische, hoofdzakelijk islamitische binnenstad, waar ook ruimte is voor andere religies. Je vindt er ook Armeense kerken en katholieke hospices. “Wij Palestijnen zijn een mengeling van culturen. Daarom zijn we zo slim, en daarom zijn we zo gefragmenteerd”, zegt George met een lach. Christenen, Armeniërs, Grieken… verschillende etniciteiten en geloofsovertuigingen leven samen in elke buurt. Ik maak me echter wel zorgen over de aanwezigheid van gewapende soldaten en bewakingscamera’s om de paar meter. We bezoeken heilige plaatsen zoals de Al-Aqsa-moskee, de Klaagmuur, en de Heilig Grafkerk, waar tombe van Christus zou liggen. “Met alle religies die hier samenkomen is deze stad is net zo goed van jou als van ons.” zegt George.
“Wij Palestijnen zijn een mengeling van culturen. Daarom zijn we zo slim, en daarom zijn we zo gefragmenteerd…”
VOEDSEL VERBINDT ONS
Gastronomie is een van de belangrijkste onderdelen van het reisgevoel. Nieuwe smaken verbinden ons met andere volkeren. Ze verrijken niet alleen onze smaakpapillen, maar ook onze kennis en ons begrip van andere culturen dan de onze.
Olijven en olijfolie, sultanarozijnen, kazen, appels, vijgen, dadels, rijst, lamsvlees… De Palestijnse keuken is een product van de verschillende culturen en beschavingen die zich hier in de loop van de geschiedenis hebben gevestigd en die teruggaan tot de Ottomaanse, Perzische en vooral Arabische invloed. Het resultaat is vergelijkbaar met andere Levantijnse keukens zoals de Syrische, Libanese of Jordaanse. Met andere woorden, het is heerlijk.
“Toen we veertien jaar geleden begonnen, vertelden ze ons: ‘Je bent gek, wie wil er nu naar Palestina komen om te wandelen of te fietsen?”
Ik zal nooit de eerste keer vergeten dat ik shakshouka als ontbijt had, een lekkere sauté van gestoofde tomaten, kruiden en eieren. En het mooiste is dat als ik het af en toe thuis klaarmaak, ik in gedachten het uitzicht van Samaria weer zie. Of het granaatappelsap dat ik in de straten van Jeruzalem proefde. Of de lekkerste falafel ter wereld in een kleine winkel in Bethlehem. Of de knafi, de Palestijnse zoetigheid bij uitstek: een in suikerstroop en rozenwater gedrenkte kaaspastei die ik voor het eerst probeerde op de straatmarkt van Nablus. Een smaak, die ik, nu ik er over schrijf, nog steeds kan proeven. Of de maqluba waarmee we in Sebastia werden ontvangen: een schotel gekookt met het vlees op de bodem van een grote pot, waaraan lagen gebakken groenten zoals aardappelen, wortelen, bloemkool en aubergine worden toegevoegd, en vervolgens de rijst aan het einde. Bij het serveren wordt het ondersteboven gedraaid met het vlees erop, een beweging die het gerecht zijn naam geeft: maqluba betekent “ondersteboven” in het Arabisch.
s Avonds deelt een familie uit het dorp Kufr Malek met ons een heerlijk typisch ooziegerecht: rijst met gehakte groenten en gegrild vlees, gekruid met peterselie en gehakte pijnboompitten. Het avondeten is ook een mooie gelegenheid om een praatje te maken met leden van de lokale gemeenschap. Ik zit met Michel Awad, een van de oprichters van het Siraj Center. “Toen we veertien jaar geleden begonnen, verklaarden ze ons voor gek: Wie wil er nu naar Palestina komen om te wandelen of te fietsen? Al het toerisme was bijbels en er werd geen enkele andere mogelijkheid overwogen. Nu zien ze ons niet meer als gek: tien jaar geleden hadden we honderd klanten per jaar, en nu zijn het er meer dan duizend.” vertelt hij.
AHLAN WA SAHLAN
Ik heb al genoten van lokale lekkernijen, dorpen, monumenten en natuurgebieden. Maar de verrassingen hielden daarmee niet op. Ze gingen verder met mensen die hun verhalen en dromen met mij deelden, en hun beroemde Palestijnse gastvrijheid. Het grootste geschenk van deze ontmoetingen is dat het al mijn vooroordelen over Palestina wegneemt.
Had je je kunnen voorstellen dat je in Palestina een vrouw zou ontmoeten die een merk bier runt dat wordt geëxporteerd naar een twaalf landen over de hele wereld? Ik in ieder geval niet. En daarom verraste het gesprek met Madees Khoury in Taybeh Beer’s eigen brouwerij me zo. “Het kost ons drie keer meer tijd en drie keer meer geld om ons product van de fabriek naar de haven te verplaatsen dan van de haven naar Europa”, vertelde ze me over de uitdagingen bij het runnen van haar bedrijf.
“Ons moederland is de woestijn, dit is onze thuis”
Of neem een gids als Nasser Kaabneh. Een bedoeïen die werkt als leraar Engels op een school, maar hij is ook een gediplomeerde wandelgids met met vier jaar ervaring. Of Anwar Dawabshe, die er met al zijn ervaring van droomt om op bezoek te gaan in andere landen, waar gidsen hem uitnodigen. Of Sharaf, Ghayth, Khalid Hamad en Mohammad, de jonge leden van de Sebastia Romains Group, die me na de demonstratie van traditionele dansen zwetend vertellen hoe belangrijk ze het vinden om hun cultuur aan toeristen te laten zien. En ze leren er ook nog beter engels door.
Een 4X4 neemt ons mee door het ruige landschap van rotsen en woestijnzand. De wolken vormen eilanden van licht op de glooiende heuvels. “Ons moederland is de woestijn, dit is onze thuis,” zegt bedoeïenengids Jameel Hamadine. Een koninkrijk van eenzaamheid en stilte waardoor Ezechiël en Abraham de mythische tocht door de woestijn maakten op zoek naar de berg Zion. “We zouden graag een bedoeïenenroute rijden, maar daarvoor moeten we eerst bewegingsvrijheid van de Israelis krijgen”, vertelt hij me met een neerslachtig gebaar. “Niemand kent onze cultuur of onze manier van leven. Maar nu, dankzij het toerisme, hebben velen van ons Engels geleerd en zijn ze gidsen geworden. En we kijken er naar uit om mensen uit andere landen te verwelkomen en gelukkig te maken.”
Doen & zien in het Heilige Land
Palestina: veel meer dan je je kunt voorstellen
Bereid je reis naar het Heilige Land voor
In een wereld die gek lijkt te zijn geworden, is het gezond om te zien dat er nog steeds plaatsen zijn waar het concept van gastvrijheid meer is dan alleen een dienst of een te gelde te maken product. Keer terug naar de wortels van het zuiverste toerisme in Palestina.
I