Wallis Lifestyle
Naar Buiten
Als de bergen om de hoek liggen, maak je er dankbaar gebruik van. Zo zitten de inwoners van Wallis in elkaar. Als het even kan trekken ze erop uit. Op ski’s maar steeds vaker ook op sneeuwschoenen, te voet of op toerski’s. Wij volgen hun voorbeeld in Saas-Fee en Region Dents du Midi.
Op toerski’s naar de ultieme stilte
Vanuit standplaats Saas-Fee neemt de bus ons mee naar Saas-Almagell. Gratis, want met de SaastalCard die je bij een verblijf krijgt kun je kosteloos gebruikmaken van het regionale openbaar vervoer. En zoals overal in het land is dat punctueel en betrouwbaar als Zwitsers uurwerk.
De skitoer naar het Mattmark stuwmeer is er eentje die ook voor beginners uitstekend te doen is. En dat is fijn nu steeds meer wintersporters deze vorm van skiën willen proberen. De route – ruim twee uur omhoog, 500 hoogtemeters – voert naar het einde van het dal en als de weg is vrijgegeven, dan is het veilig voor lawines.
Vroeger trokken handelaren en smokkelaars over de Monte Moro pas verder naar Italië
Aanvankelijk kunnen we nog gemakkelijk met elkaar praten. We volgen het water stroomopwaarts. Hoe harder de route klimt, hoe korter de zinnen. Tot je in dat verslavende ritme zit van ademhalen en stap voor stap omhoog lopen op ski’s met stijgvellen eronder die voorkomen dat je terugglijdt.
Tijdens de klim zien we de lift van het bescheiden skigebied van Saas-Almagell, passeren we een kapel en de Eiu alp, een alm waar ’s zomers de koeien grazen. Het terrein wordt steiler, de klim pittiger en de bochten scherper. Boven ons zien we uiteindelijk de wand van het stuwmeer. Nog even door. Stap voor stap.
De grootste verrassing laat tot op het laatste moment op zich wachten. Pas als we met het hoofd boven de wand uitkomen zien we het meer liggen, een onaangetaste witte vlakte omringd door bergen als de Stellihorn (3.436 m) en Joderhorn (3.035 m). Vroeger trokken handelaren en smokkelaars over de Monte Moro pas verder. Naar Italië.
Ski’s los, lunch uit de rugzak, zitten en luisteren. Het is onvoostelbaar stil. Af en toe fluistert enkel de wind. Misschien is de serene sfeer geen toeval, maar een eerbetoon. Bij de aanleg van het stuwmeer (1958-1987) verdwenen 93 arbeiders onder twee miljoen kubieke meter ijs en puin dat van de bergen op hun barakken was gestort. 88 van hen vonden daarbij de dood. De jongste was 17 jaar oud, de oudste 70.
Tegenwoordig is het vooral een heilzame plek. Als we het koud beginnen te krijgen, klikken we de ski’s vast voor de afdaling. Spectaculair skiën is het niet. We volgen de route die we gekomen zijn. Het gaat nu alleen wel sneller. Voor het laatste stuk maken we vaart zodat we op het vlakke deel zo weinig mogelijk hoeven te lopen.
Ski’s los, lunch uit de rugzak, zitten en luisteren. Het is onvoostelbaar stil
Het wandelen bewaar ik voor Hohsaas, een bergstation op 3.200 meter hoogte en geliefd bij bezoekers die vooral willen genieten van het uitzicht op achttien vierduizenders aan de overkant van de vallei. Ik laat mijn ski’s in het dal staan en neem de gondel naar de top. Daar loop ik de panoramaroute die zijn naam eer aan doet. Het uitzicht leest als een topografische atlas voor bergbewonderaars: Strahlhorn, Allalinhorn, Rimfpischhorn, Alphubel, Täschhorn, Dom, Nadelhorn…
Op de terugweg stap ik halverwege uit de gondel om naar de Triftalp te lopen, een verzameling huizen met een kapelletje op zo’n 2.000 meter hoogte. Verlaten in de winter, bewoond in de zomer door koeien en een kaasmaker. Ver weg van de massa. Ik ga er met mijn rug tegen een eeuwenoud houten chalet zitten, terwijl de zon langzaam achter de hoge toppen zakt. Ik zou de tijd even stil willen zetten.
Eindeloos skiën en snowboarden
Wallis heeft de hoogste bergen van Zwitserland. Dat is een garantie voor sneeuw, droomuitzicht en dat onbetaalbare wintergevoel. Skiën en snowboarden kan op meer dan 2.000 kilometer piste, maar ook op tochten door de vrije natuur..
Wallis Lifestyle
Op sneeuwschoenen naar de grens
Natuurgids Nathalie Nemeth-Défago loopt voor me uit over een smal pad. Het gaat voorzichtig bergop. Op sneeuwschoenen volgen we het spoor van smokkelaars door het berggebied tussen het Zwitserse Morgins en het Franse Châtel. De sneeuw knispert bij elke stap, we blazen wolkjes in de koude ochtendlucht.
Op het onderste deel horen we nog het vage geluid van een stoeltjeslift en daarna die van een slepertje. Maar nu is het stil en mooi. We houden een rustig tempo aan. Geen haast, voetjes aan de grond. Onderweg wijst Nathalie op de talrijke passages die in de vorige eeuw door de smokkelaars zijn gebruikt. Sommige spreken voor zich, andere zien er vanaf afstand volstrekt onbegaanbaar uit.
Als het bospad overgaat in besneeuwde alpenweides opent de wereld zich. Aan de horizon liggen de zeven toppen van Les Dents du Midi. Vandaag in de volle zon. Als we goed kijken zien we ook de grote liften van het skigebied Les Portes du Soleil. Terwijl daar de skiërs kilometers maken, liften afvinken en hun bochten in de pistes zetten, heerst aan deze kant van de vallei een weldadige rust.
We lopen net zo lang tot we een voormalige douanepost zien, midden in de bergwereld. Hier waren tijdens de hoogtijdagen van de smokkelarij de grenswachters ondergebracht. Ze bewaakten een onzichtbare lijn in het landschap. Van grenssteen tot grenssteen. Nu is het onze pauzeplek en kun je er zelfs overnachten.
Nathalie haalt de lunch uit haar rugzak. Inclusief een klein raclette-toestel dat op theelichtjes werkt. De kleine vlammetjes geven genoeg warmte om kaas te smelten. We bouwen een fijne plek in de sneeuw en laten het ons smaken: kaas, brood, gedroogde paddenstoelen, worst en nog meer kaas uit de streek. We zijn tenslotte in de Zwitserse bergen.
Het grensgebied draagt niet enkel de verhalen van smokkelaars met zich mee. Nathalie vertelt het verhaal van haar opa die in deze bossen een Poolse officier vond, een deserteur op de vlucht voor het oorlogsgeweld. ‘Hij heeft hem naar het veilige Zwitserland geholpen, waar de man waarschijnlijk asiel heeft aangevraagd. Zijn rugzak liet hij bij mijn opa en oma achter, maar die heeft hij nooit opgehaald.’
Op de weg terug nemen we een omweg via de Pointe de Bellevue. Er zweven grote roofvogels aan de blauwe hemel en in de sneeuw zien we sporen van muizen en een hermelijn. De Bellevue doet zijn naam eer aan. Met de Dents du Midi opnieuw als blikvanger. ‘En kijk’, zegt Nathalie. ‘Dit is zo mooi. Links heb je de Grand Combin en rechts de Mont Blanc!’
Er zweven grote roofvogels aan de blauwe hemel
Een mooie dag moet je bekronen. In Morgins zitten de zonnige terrassen dan ook vol. Ik ga echter voor een bierproeverij bij de 7Peaks Brasserie. Hoewel het kanton Wallis/Valais tegenwoordig bekend staat om zijn goede wijnen, waren er vroeger tientallen brouwerijen. Corinne en Robby Collins hebben de traditie nieuw leven ingeblazen. Maar wel op een manier die bij deze tijd past.
‘We zijn de eerste en nog altijd enige B-Corp gecertificeerde brouwerij op het Europese continent’, vertelt Rob. ‘Dat is een beloning voor onze inspanningen voor de natuur. Zo werken we met organische hop. Die is duurder dan gewone maar vanwege de intense smaak heb je er twintig procent minder van nodig. Dus hoef je er minder van te verbouwen en te vervoeren.’
Rob praat bevlogen over zijn bieren, maar ik was gekomen om te proeven. Dus serveert Rob een plank met daarop zeven glaasjes met zeven verschillende bieren. Hun namen verwijzen naar de zeven toppen van Les Dents du Midi. Ik doe mijn ogen dicht en proef de bergen. Morgen reis ik verder. Nu ben ik hier. Glaasje twee s’il vous plaît.
Ontdek de Walliser Lifestyle
Winters genieten
Nee, je hoeft geen kilometervreter op ski’s te zijn om maximaal van de winter in Wallis te genieten. De bergen, besneeuwde alpen, authentieke dorpen, meren en beken laten zich ook op een trager tempo ontdekken. De regio blinkt uit in de zogenaamde alternatieve wintersporten als sleeën, wandelen op sneeuwschoenen of cross-country skiën.
I