Column
Winters geluk
“Ik weet niet hoe het met jullie zit, maar bij mij gaat het compleet kriebelen zodra ik de eerste beelden zie van sneeuwval. Wintersport is er bij mij met de paplepel ingegoten“
Ik weet niet hoe het met jullie zit, maar bij mij gaat het compleet kriebelen zodra ik de eerste beelden zie van sneeuwval. Wintersport is er bij mij met de paplepel ingegoten. Mijn moeder zou van alle ski -en snowboardfanaten eigenlijk een standbeeld moeten krijgen. In die tijd, we schrijven halverwege jaren zeventig, bestond de voorjaarsvakantie nog niet. Men had drie dagen vrij om carnaval te vieren, maar het was geen aaneengesloten week. Dat was lastig voor mijn ouders, want die wilden rütschen en wedelen. Lekker een week in schuss. Mijn moeder is toen een correspondentie begonnen met het ministerie van onderwijs. Ik denk dat ze niet de enige was, want al rap had ze het voor elkaar en de jaarlijkse bedevaart naar de sneeuw was een feit.
Ik was drie toen ik voor het eerst op de, toen nog, korte latten stond. Remmen kon ik niet, dus ik liet me altijd maar gewoon vallen. Toentertijd had je nog geen bindingen die remden als je ski’s uitvlogen door een val. Ze zaten met touwtjes om je benen heen. En als je viel, kreeg je ze gewoon in je nek of de touwtjes schoten ook los en dan knalde je ski als een raket naar het dal. Zo leerde je wel mooi op één ski skiën. Toentertijd, ik was toen een jaar of veertien, kreeg je van je skileraar ook nog gewoon een schnaps als het echt koud was. Dat maakt je knieën lekker los, was zijn redenering. Old school.
Voor mij zijn de bergen, poeder, vers geprepareerde pistes zoiets als tanken voor een auto. Ik laad volkomen op als ik over bospaden en pistes zwier. Alleen al als ik eraan denk, krijg ik energie.
Maar ook van sneeuwhutten bouwen in Zweden, langlaufen, wandelen in de sneeuw, met sneeuwmobielen raggen over meren en eigenlijk alles wat met sneeuw en ijs en kou te maken heeft, maakt me domweg overgelukkig.
Gelukkig kan het dit jaar weer. Ik pak de eerste pistes in Bulgarije, vlakbij Sofia, in december. Waar ga jij heen?
Fijne sneeuwige dagen.
Marco Barneveld
Hoofdredacteur